Boerderij bij Oude Molen
Paardenbloemen langs het pad
Krent, zoete kers, wilde seringen langs de bosrand
Bloesem
Paardenbloemen
Brandstapel voor het paasvuur van Espeloo, het grootse paasvuur van Nederland
De - unieke, want nog steeds functionerende - bosschool van het buurtschap Espeloo ligt geïsoleerd midden in een bos
Na zomer vorig jaar in deze mooie aprilmaand van 2011 eindelijk een vervolg van de wandeling door het Groene Hart en verder.
Na het Groene Hart passeerde ik de Utrechtse Heuvelrug, de Gelderse Vallei, de Veluwe en het IJsseldal.Deze etappe leidt me door Salland naar de Holterberg. Vanuit Bathmen bereik ik na een klein uur de route van het Marskramerpad. Dit eerste stuk is wel het fraaiste. Ik loop langs akkers verscholen in de bossen of gelegen tussen bomenrijen. De paardenbloemen en pinksterbloemen bloeien. In de vrije bosranden staan witbloeiende krenten, zoete kers en wilde sering. Hier en daar een boerderij, soms fraai. Kortom een landschap waar voldoende oude landschapselementen te herkennen zijn. Het water is helaas rechtgetrokken, maar gelukkig is Lettelse Leie een poetische naam voor zo'n voormalige beek.
Daarna volgt een landschap waar de economische logica van de landbouw en veeteelt zijn vernietigende werking heeft gedaan: het land is grotendeels ontdaan van de oude boomhagen, de velden zijn rechtgetrokken, het veen is ontgonnen. Er is een monocultuur geschapen van gras (één soort) en enkele landbouwgewassen. Dus hier niet het geel van de paardenbloemen of het tere wit-lila van de pinksterbloemen, of bloeiende bosranden. Er zijn hier weinig vogels te zien. Wat duiven en kraaien, een enkele kievit. Zingende leeuwerikken ontbreken, evenals de zang van fitis en tjiftjaf. De route voert nu uitsluitend over asfalt, want de oude zandwegen zijn hier niet meer.
Boeren zijn geen natuurbeheerders. Dat is geen onwil, ze kunnen gewoon niet anders op straffe van economische ondergang.Het is volstrekt onjuist, de feiten spreken het tegen, te denken dat boeren met enige financiële steun wel voor ons landschap zullen zorgen, zoals staatssecretaris Bleeker ons wil doen geloven. Bovendien, waarom zouden boeren (en de hele agro-industrie in hun kielzog) het voorrecht moeten hebben voor ons landschap te mogen zorgen? Is dat niet iets van iedere Nederlander? Ben ik daarvoor niet al jaren lid van Natuurmonumenten. Stem ik daarvoor niet op partijen die voor natuurbehoud zijn? Bleeker verkoopt het boerenverhaal met een slap christelijk verhaaltje over hoe goed het maatschappelijk middenveld wel voor ons is. Ondertussen breekt hij het jarenlange opgebouwde natuurbeschermingsbeleid af. Lees wat vrijwel alle hoogleraren ecolgie hierover onlangs schreven.