RIETBLOG

vogels kijken, wandelen en reizen

september (1) 2024

vorige volgende Oman 1-7

Nazomer 2024 (1)

Lauwersmeer

Het Lauwersmeer is het hele jaar een trekpleister voor vogels. In het voor- en najaar biedt het een voedselrijke etappeplaats voor lang strekkende vogels. Er zijn veel drassige gebieden en platen, maar ook bossen en weides. Dit alles relatief onverstoord door grootschalige menselijke activiteiten. En de Waddenzee is dichtbij. Ik kom er daarom al jaren regelmatig om naar vogels te kijken. Zo ook deze zomer van 2024 die eind augustus en begin september met prachtig weer afsloot. En dat betekende aangenaam omstandigheden om te kamperen, fietsen en wandelen.

Koereigers en Steltkluten

In dit blog laat ik enkele zeldzamere vogels de revue passeren die hier verbleven. Waaronder soorten die we steeds vaker in Nederland zien, omdat ze langzaam uit het zuiden verder noordwaarts op rukken, zoals de Koereiger en de Steltkluut op de foto's hieronder. De Steltkluut komt sinds enkele jaren ook al tot broeden in Nederland. In deze categorie vallen ook al wat langer De Casarca en De Reuzenstern,die met enige tientallen in het Lauwersmeer verbleven. Beide soorten hebben hun verspreidingsgebied oorspronkelijk in Zuidoost-Europa, maar zijn hier inmiddels al jaren te zien (niet op de foto).

Koereiger
Koereiger
Steltkluu
Steltkluut

Grauwe Franjepoot

Grauwe Franjepoten zijn kleine leden van de zeer grote steltloperfamilie. Ze broeden in het hoge noorden en overwinteren ver weg op tropische oceanen (ik zag ze op de "pelagische tocht in februari in Oman). In voor- en najaar trekken er kleine aantallen over Nederland. Je ziet ze dan in ondiep zoet water fourageren. Ze draaien nerveus rondjes en pikken voortduren op het wateroppervlak naar voedsel.

Elk jaar zijn er wel enige tijd Grauwe Franjepoten te zien bij Ezumakeeg, een ondiep waterrijk gebied langs de westoever van het Lauwersmeer. Dit jaar waren er wel negen tegelijk aanwezig, al zag je er meestal minder. Als er een roofvogel nadert vliegen de meeste steltlopers massaal de lucht in. Zo ook de Grauwe Franjepoten. Zoals de meeste steltlopers komen ze, als na enige tijd het gevaar geweken is, weer op dezelfde plek terug. Het was dus goed mogelijk de vogeltjes langdurig waar te nemen en de verenkleden te identificeren.

GrauweFranjepoot
Grauwe Franjepoot
GrauweFranjepoot
Grauwe Franjepoot
GrauweFranjepoot
Grauwe Franjepoot
De bruinrode vlekken op de zijhals van de vogel rechts duiden er op dat dit een volwassen vogels is die naar het winterkleed ruit. De andere vogels lijken alle eerstejaars vogels (gezien de tekening van het zwart op hun kop) die naar winterkleed ruien.

Breedbekstrandloper

De meest zeldzame vogel hier deze keer was een Breedbekstrandloper. Voor mij een "lifer". Ook z'n noordelijke broedvogel, die slechts in zeer kleine aantallen langs de Nederlandse kust wordt waargenomen. De meeste Breedbekken trekken veel oostelijker door Europa naar het zuid-oosten.

De Breedbekstrandloper is op enige afstand nog niet zo makkelijk te identificeren. De Strandloperfamilie is sowieso al een lastige groep, omdat hun verenkleden door het jaar heen door de rui nogal veranderen en ook omdat ze meestal op grote afstand zitten (of vliegen), zodat details en grootte niet zo makkelijk te identificeren zijn. Hoewel er op het slikplaatje waar de Breedbekstrandloper zat slechts weinig andere soorten strandlopers te zien waren - enkele Krombekken en enkele Kleine Strandlopers - was het toch lastig de vogel in dit gezelschap te vinden. Ik heb op twee dagen gekeken en pas de tweede dag kon ik de gezochte vogel vinden. Een van de voornaamste onderscheidende kenmerken is - in het najaarsverenkleed - de "dubbele wenkbrauwstreep". Maar om die goed te zien, moet je de kop van de vogel wel vanuit de goede hoek zien. Het licht kan parten spelen bij het beoordelen van de tekening van het verenkleed op het lichaam. Ook het verschil in grootte is bij strandlopers vaak moeilijk vast te stellen. De Breedbekstrandloper zit qua grootte tussen de Kleine en de Bonte Strandloper in en is een fractie kleiner dan de Krombekstrandloper, die op de volgende foto is te zien.

Breedbekstrandloper
Breedbekstrandloper (Kemphaan op de achtergrond)
Behalve de kenmerkende dubbele wenkbrauwstreep is op de foto ook de kenmerkende gebogen punt van de snavel te zien
Krombekstrandloper
Krombekstrandloper

Zwarte Stern - overgang naar winterkleed

De havenhoofden van de haven van Lauwersoog bieden niet alleen uitzicht op de uitvarende veerboot naar Schiermonnikoog, maar ook op het wad en het eiland Schiermonnikoog. Hier vlogen tal van sterns langs of ze jaagden even in de havenmond. Visdieven, Grote Sterns en ook enkele Zwarte Sterns, die al veel zwart kwijt waren als gevolg van de rui naar het winterkleed.

De Zwarte Sterns die hier langs komen, hebben verder naar het oosten gebroed en zijn nu op weg naar tropischer oorden. Al soorten sterns waren in de overgang naar het winterkleed, hetzij als volwassen vogel, hetzij als juveniele vogel die voor het eerst naar winterkleed ruit. Dit was dus een goede plek om deze overgangskleden beter te leren kennen.

De Zwarte Stern op de foto hieronder heeft al veel zwart ingeleverd. Sommige hadden nog zwarte vlekken p hun onderzijde, maar deze is al helemaal wit. De koptekening en vooral het donkere gebied op de hals, vlak voor de vleugel is kenmerkend voor de Zwarte Stern in winterkleed.

ZwarteStern
Zwarte Stern

naar boven

vorige volgende Oman 1-7

Klik voor reactie

Rolf Riethof © 2024