Van 22 augustus to 14 september 2021 reisde ik met mijn vw-camperbusje door Frankrijk en Spanje. Na de coronazomer van vorig jaar was de vakantiedrukte weer vrijwel als vroeger. Voor de vogels kwam ik hier altijd in het voorjaar. Vorig jaar was ik 2 weken in september in Frankrijk. Het was toen kurkdroog en heet. Het was daardoor toen minder goed voor het zien van vogels.
Nu is het weer normaal voor de tijd van het jaar, nog aangenaam zomerweer. In de nazomer is de vogelwereld veel minder hoorbaar en zichtbaar. Maar de reigers laten zich mooi portretteren.
Bijzonder vond ik de Zeearend in Les Brennes. Na de verovering van Nederland in de afgelopen twintig jaar zet de Zeearend zijn opmars in het westen van Europa voort. Volgens enkele Franse vogelaars waren er nu op drie plaatsen Zeearenden in Frankrijk, waaronder Les Brennes.
Ook een ander zeldzame vogel is weer aan het terugkomen: de Dunbekmeeuw. Nog steeds tamelijk schaars en verpreid rond de Middellandsezee. Ik zag er twee in het zuidelijkste puntje van de Camargue. Deze meeuw vertoont vaak een oranjerose-achtige kleur aan de onderzijde, gevolg van het menu bestaande uit roze schaaldieren.
Bijeneters zag ik weinig. Misschien was de terugkeer naar het zuiden al begonnen?
Wat mij wat verraste waren de jonge vogels, die nog niet in volwassenkleed waren. Die zie je in het voorjaar veel minder. Soms waren deze jonge vogels wat lastiger te identificeren, zoals de jonge Roodkopklauwier hieronder, die bij tegenlicht en als je de snavel niet goed ziet, als een klein bruin vogeltje op je overkomt.
Opvallend was het grote aantal Scharrelaars dat ik in Spanje rond het Parc Natural dels Aiguamolls de l'Emporda) zag vergeleken met eerdere jaren in het voorjaar. Komt dit misschien door een toename van het aantal broedparen, of komt het doordat er in de (na)zomer meer jonge vogels bij zijn gekomen?