kerk met Wilhelmina linde, Ouderkerk aan den IJssel
Zonnewijzer
veer Ouderkerk - Hitland
fietspad door Hitland
Het gebied dat ik nu in ga bevindt zich onder de rook van de oostelijke voorsteden van Rotterdam. Aan mijn rechterhand zie ik weilanden die na de vorstperiode bruin zijn. Er scharrelen ganzen en verderop zie ik een viertal hazen die rustig blijven zitten, ondanks mijn nabijheid. Links zijn er stroken riet, elzen en water. Voor me de klinische natuur van de golfbaan. Twee oudere heren staan over hun fiets gebogen, bij een bruggetje te praten.
hazen
Na Hitland neem ik voorlopig afscheid van het Groene Hart en wandel suburbia in. Het eerste wat opvalt op de weg die van Nieuwerkerk naar Capelle aan de IJssel loopt, zijn de nieuwe landhuizen met hoge smeedijzeren hekken tussen de oudere boerderijen en woonhuizen. Dit is een algemeen voorkomend verschijnsel in de randen van het Groene Hart. In het Groene Hart zijn veel wegen met lintbebouwing. Bebouwing ligt langs weteringen en andere waterlopen. In de stadsuitbreidingen zijn deze linten vaak gespaard. Ze vormen veelal de begrenzing van de nieuwbouw. Soms lopen ze er dwars door heen. Dan zie je, omringd door nieuwbouwwijken, een smalle weg langs water en een strookje gras met wat knotwilgen. Er langs: verspreide boerderijen of woonhuizen uit het begin van de vorige eeuw. De open plekken in deze linten worden volgebouwd.
De rest van de wandeling, zo'n 20 kilometer gaat door de voorsteden van Rotterdam en door een stukje Crooswijk. Ik geef het je te doen. Waarom is deze route gekozen? Ik veronderstel dat er geen betere toegang is tot het groene eiland van Midden-Delfland.
De route van het Groene Hartpad voert zo veel mogelijk door parken en groenstroken. Ik zie naast aangelegde bosschages, grasveldjes en vijvers ook heel veel flats. Het stadsgroen is een zegen voor de hondenbezitter en werkverschaffing voor hoveniers. Veel bomen zijn van het snelgroeiende type. Een beetje natuur voor de stadsmens.
Kralingse plas, oude populieren worden geruimd
Langs de Kralingse Plas is het zelfs mooi. In een koffiehuis daar drink ik… koffie. Op een foto op de toog staat burgemeester Aboutaleb te glimmen tussen een keurig gekleed bejaard Rotterdams echtpaar. Het echtpaar in kwestie blijkt in het koffiehuis aanwezig te zijn en showt nog meer foto's aan bekenden.
boven de poort van het kerkhof in Crooswijk
In Crooswijk valt mij de poort van de begraafplaats op. Tussen de Bergse Achterplas en de Rotte ben ik weer een beetje op het platteland, in Rotterdam. Een molen benadrukt de landelijkheid. Nog wat kilometers naar Berkel en Rodenrijs en het openbaar vervoer.
→ naar bovenHitland is het resultaat van landherinrichting in de tachtiger en negentiger jaren. Vroeger heette dat ruilverkaveling. De nieuwe landherinrichtingswet uit begin tachtig maakt een betere afweging van verschillende belangen mogelijk dan bij de oudere ruilverkavelingen het geval was. Zowel agrarische, natuurlijke en recreatieve belangen telen mee. Het versnipperde boerenbedrijf op de vrij arme veen- en kleigrond werd geconcentreerd in de beste delen, andere delen werden verruigd en er werd een groot golfterrein aangelegd. Het gebied wordt doorsneden door fiets- en wandelpaden.
Biedt Hitland meer dan "schaamgroen", zoals zoveel langs de randen van de Randstad is gecreëerd? Men zegt dat oude landschapselementen zijn behouden. Inderdaad zie je hier onregelmatig gevormde sloten en de restanten van oude kleiputten en ontveningen. Het groen in dit deel van Hitland is al met al wel aardig om door te wandelen of fietsen.
Of de natuurwaarde hoog is, ik denk aan bevordering van de biodiversiteit, kan ik niet op deze wandeling beoordelen. Wat de recreatieve waarde betreft: het golfgebeuren neemt onevenredig veel ruimte in. De argrarische belangen zijn gediend met concentratie. Maar ik vrees dat de staat van het boerenland onderworpen is aan de wetten van de moderne melkvee-economie, met als resultaat weilanden van eenzijdig raaigras en de koeien zoveel mogelijk op stal.
De grote vraag is in het Groene Hart, maar ook elders, naar wat voor soort natuurherstel we willen streven. Ik heb na mijn wandelingen door het Groene Hart sterk de indruk dat er op veel plaatsen op kleine schaal vaak hetzelfde wordt gedaan. Herhaling van dezelfde goede bedoelingen. Het is niet zichtbaar dat er voor het gehele nationale landschap vanuit een samenhangende visie aan ontwikkeling van natuur en cultuurlandschap wordt gedaan.
Het zou veel fraaier zijn om op een beperkt aantal plaatsen een flink areaal van blauwgraslanden te herstellen in plaats van op meer plaatsen een snippertje. En beter minder, maar wel grotere rietgebieden met oud en nieuw riet, water- en landriet en een verscheiden beheer, dan honderden postzegels rietland. Beter enkele grote bossen, dan tientallen kleine bosjes. En beter gevarieerd weidebeheer, dan veenweiden waren boeren niet mee uit de voeten kunnen en raaigraswoestijnen