Na Frankrijk verbleven we 14 dagen in de de buurt van het Nationale Park Aiguamolls de l'Empordà. Dit park ligt in het noorden van de Spaanse Costa Brava aan de baai van Rosas. Hieronder een foto van een Rode patrijs op een akker vlakbij onze camping. Niet makkelijk te fotograferen, want in het jagersvriendelijke Spanje is het beest nogal schuw. De Rode patrijs vervangt vanaf het zuiden van Frankrijk de ons bekende patrijs.
Meer vogels en natuur hier via deze link:
Rode patrijs, Aiguamolls de l'Empordà, Spanje
Vanaf nu een weblog vanuit Frankrijk en later Spanje. Als internet tenminste werkt op de campings waar we verblijven. De eerste 10 dagen van onze vakantie brachten we door in het departement Ardèche. En wel op een camping aan de gelijknamige rivier bij het kleine plaatsje Vogüé, spreek uit vogoe-ee. Vrijwel de gehele periode waren wij de enige gasten op de camping en hadden we een prachtige rivier, weide en bos voor ons alleen.
Het wemelde er van de vogels. Onder andere veel Grote Lijsters. Elke lijster had een eigen terrein en verdedigde dat fel, zelfs door veel grotere eksters in duikvlucht aan te vallen. Op de foto hieronder onze huislijster, die tegen het eind van ons verblijf steeds minder bang werd van onze aanwezigheid. Om de beginpagina van deze website niet te traag te laten starten, staat het vervolg van deze eerste Franse periode op een bijlage waar je via onderstaande link komt:
→ weblog bijlage Frankrijk (1)
Grote Lijster, Ardèche, Frankrijk
In de aanloop naar onze voorjaarsvakantie in het zuiden, brachten we een paar dagen in Zuid-Limburg door. Op een mooie zonnige voorjaarszondag togen we naar de Sint Pietersberg. We waren er niet de enigen. Gans Maastricht en Pieterpadwandelaar waren er. Bij de ENCI-groeve zagen we onderstaand on-Nederlandse tafereel: berggeiten op een steile helling. Nou ja, berggeiten, ik weet niet wat voor dieren dit precies zijn, maar zulke beesten verwacht je eerder in de Alpen.
Niet voor de eerste keer in mijn leven tuurde ik naar de wand in de groeve in de hoop om de vaste Oehoe van deze groeve waar te nemen. Nooit zag ik er een. Maar vandaag zag ik in de meest linkse grot iets dat op een grote uil leek. Gezichtsbedrog? De wens de vader van de gedachte? Het licht was erg slecht. Geen zekerheid. Een uurtje later keek ik er nog een keer, het licht viel beter in de grot. Nu was ik zeker: de Oehoe zat er! Een nieuwe Nederlandse vogel op mijn lijst. De volgende dag fietste ik naar het IJzerenbos. Daar in de buurt zag ik zowaar weer een nieuwe vogel voor mijn Nederlandse lijst; een Zwarte Wouw. Een vogel die je zeker in West-Nederland niet snel zal zien. Helaas heb ik van beide nieuwe vogels geen foto als bewijs. In het Duitse plaatsje In Waldfeucht, 500 meter van onze campingover de grens, maakten we een wandeling over de middeleeuwse wallen. In een restaurant aten we - zeer machtige - Russische gerechten.
Weer een prachtige voorjaarsdag. Vorige week gewandeld bij Amerongen. Inspiratie om opnieuw de Amerongse Bovenpolder te bezoeken. Pinksterbloemen (boven) volop bloeiend. Boven de plasjes vorige week de eerste boerenzwaluwen die ik dit seizoen zag. Deze keer weer. Het vogelconcert was zelfs voor mijn oren (de hoge tonen willen niet meer zo goed) luid en duidelijk.
De zwartkop (boven, man, de vrouw heeft een bruin petje) zingt een luid en prachtig lied. Deze vogels duiken nogal weg in de struiken. Maar in het vroege voorjaar geven ze zich meer bloot. Niettemin lastig om ze op een wandeling te fotograferen.
Eindelijk gezien! De grote trap. Komt nog op het iberisch schiereiland, in voormalig Oost-Duitsland (geherintroduceerd) en op de Hongaarse laagvlakte voor. Kwam ooit ook in Nederland voor bij invasies. Nu nog zelden waargenomen. De vogel (m) is een meter hoog en heeft de vleugelspanwijdte van een knobbelzwaan. Het zijn steppevogels, die vooral lopen. De vogel heeft onverstoord open land nodig. Dat is er steeds minder, dus wordt de vogel bedreigd. In Portugal leeft nog een flinke populatie in de Alentejo. Daar zag ik er tientallen. Als je weet waar je moet wezen, is de vogel zelfs vrij makkelijk te zien. Inmiddels staan er op de site twee pagina's over vogels in de Algarve:
Puperkoet, Algarve, Portugal (klik op foto voor vergroting)Ik was in maart twee weken in de Algarve, Zuid-Portugal. Het was daar al volop lente. Zwaluwen vlogen rond, bloemen bloeiden en vlinders vlogen. De Algarve is een rijk vogelgebied. Binnenkort meer daarover op deze website. Hier vast een foto van een purperkoet. Dit is een vrij zeldzame koet die in Mediterrane gebieden voorkomt. In de Algarve zag ik nogal wat van deze koeten. Ze verbleven tussen het Spaanse riet in een afgedamde slenk die grensde aan een golfbaan in de buurt van Faro.
Langzamerhand onbekende vogels. Huismussen ziet de stadsmens niet meer in zijn omgeving. Ik zie ze alleen nog op het platteland. Zo was het op mijn laatste etappe van het Groene Hartpad, langs de Vlaardingervaart. Een groep mussen streek herhaardelijk neer in een boompje en vloog weer op. Ik stond achter een heg te kijken naar dit gedrag en het kleed van de mannetjes. De zwarte keelvlek van de mannetjes was niet effen zwart, maar bestond uit zwarte stippen in een grijs veld: de overgang van winter naar zomerkleed.
Futen in de Vlaardingervaart (klik op foto voor vergroting)Futen zijn heel gewone watervogels in Nederland. In veel ons omringende landen zijn ze heel wat zeldzamer. De futen die in de buurt van mensen leven zijn niet erg schuw. De futen in de Vlaardingervaart zwommen echter steeds naar de overkant als ik langs liep. Alleen dit paartje was minder bedeesd maar wel waakzaam. Ik had gehoopt een paar baltsende futen te betrappen, maar het was nog te vroeg of te koud. Daarom een foto van dit samen opzwemmende duo, op hun rug de waterdruppels van een gezamenlijke duikpartij.
Schotse Hooglanders in tegenlicht. Even kwam de zon door. Deze Hooglanders zien er vervaarlijk uit, maar zijn bedeesd. Op zondag wandelden er veel mensen door het natuurgebied in de polder Achthoven bij Ameide. Deze runderen wisten niet goed wat ze daarmee aan moesten en trokken zich terug dichtbij een boomsingel. Omgekeerd waren wandelaars bvreesd om dezedieren te passeren.
Overal aan zee zie je ze. Ik zag ze aan de westkust van de VS, in Zuid-Afrika en India. En in Nederland. Zeker in de winter zijn er veel op het strand. Ze hollen onvermoeibaar aan de waterlijn heen en weer voor het water uit, op zoek naar kleine zeediertjes. Hun pootjes bewegen in een razend tempo, zelden staan ze stil. De foto op de vogel leek wel een ballet uit te voeren.
Ik heb de afgelopen dagen een aantal keer door de duinen en over het strand gewandeld. Sneeuw in de duinen en ijsvorming op het - stille - strand, zorgden voor een ongebruikelijk mooi landschap. Het wandelen over de bobbelige sneeuw was zwaarder dan normaal.
Zonsondergang achter Pier van Scheveningen, 5 februari 2012
In de duinen van Meijendel zag ik drie keer een houtsnip opvliegen en in een flits een roerdomp bij een halfopen duinmeertje. In Duin en Kruidberg zag ik alweer een houtsnip vlak voor ons langs vliegen. De dikke en donkere buik duidelijk zichtbaar, evenals de bruine staart. Houtsnippen zag ik nog niet zo vaak als nu. Ik denk dat ze door vorst en sneeuw wat mobieler zijn geworden. Hun uitstekende schutkleur is in deze omstandigheden niet zo effectief. Kramsvogels en koperwieken aten van de laatste duindoornbessen. Boven de zeereep joeg een ruigpootbuizerd, met een donkere kop (man), lichte ondervleugels met donkere rand en met zwarte eindband aan de staart.Woensdag blies een ijskoude noordooster ons voort over het bevroren strand onder IJmuiden, 8 februari 2012
Jaarlijks ga ik in de winter wel een keer naar de Brouwersdam tussen Goeree en Schouwen-Duiveland. De surfers zijn dan afwezig. In zee en langs de kant zag ik veel vogels. Wintergasten als kuifduikers, kanoeten, brileenden, middelste zaagbekkenen en slechts één rotgans. Deze keer geen ijseend, parelduiker of ijsduiker. Hieronder wat foto's van enkele zeldzamere gasten en eerst een vliegende wulp. Het vroor zo'n 9 graden in de ochtend, dus het nemen van foto's was een verkleumende bezigheid.
Wulp (Curlew), 7 februari 2012
Zwarte zee-eend (man) (Common Scoter), 7 februari 2012Ik zag een enkele eenzame zwarte zee-eend dobberen of langs vliegen. Op zee zie je ze meestal in groepjes langs vliegen. De snavel van deze zee-eend was helder oranje in de winterzon. Ik moest nog lang turen om te kunnen beslissen dat het een zwarte en geen grote zee-eend was. Het oranje zat midden boven op de snavel en niet aan randen, dat is goed op de foto te zien. Ook zag ik geen wit op de romp en de vogel had de typische deuk tussen snavel en voorhoofd. Dat laatste is op deze foto niet te zien.
Toppers (Greater Scaup), 7 februari 2012Vlak langs de kant zwom een groepje toppers. Deze eenden zie je niet vaak zo dichtbij de oever. In de groep zwommen ook een paartje wilde eenden mee. De toppers lijken op het eerste gezicht op kuifeenden. De vrouwtjes toppers hebben in tegenstelling tot de kuifeeenden een duidelijk zichtbare witte snavelbasis. De mannetjes toppers hebben een fijn getekende grijze rug, terwijl die van de kuifeend man zwart is.
Roodkeelduiker (Red-throated Diver), 7 februari 2012Van de vier in Europa voorkomende duikers, zien wij in Nederland de roodkeelduiker het meest. Meestal tijdens de zeetrek op enige afstand. Maar een beperkt aantal exemplaren strijkt neer voor onze kust om hier enige tijd te fourageren, met name in de Voordelta. Een waarschijnlijk uitgeput exemplaar zag ik eens een aantal dagen tussen de havenhoofden van Scheveningen verblijven. De vogel op de foto was actief aan het fourageren. Wij zien ze alleen in de winter, dus in winterkleed. De rode keel is dan niet te zien.
Grote en kleine burgemeesters zijn meeuwen van noordelijke breedten, die hier sporadisch in de winter langs de kust te zien zijn. Nu waren er enkele in Scheveningen gesignaleerd. Het was al weer een paar jaar geleden dat ik er een gezien had, dus ging ik op pad. Het werd me vanochtend makkelijk gemaakt er een te fotograferen. Een bekende Haagse vogelwaarnemer kwam aan bij het Noordelijk Havenhoofd met een zakje brood en lokte zo tientallen meeuwen. Dat leverde nog geen burgemeesters op. Even later elders lukte de broodtruc wel. Voor de leek is de meeuw op de foto natuurlijk gewoon een meeuw. Maar als je wat beter kijkt, blijken alle gewone Nederlandse meeuwen meer of minder uitgebreide zwarte punten aan hun vleugels te hebben (zwarte uiteinden aan hun handpennen). Als ze zitten met opgevouwen vleugels zie je de zwarte punten bij de staart naar achteren steken. De burgemeesters missen elke zwart in hun vleugels of staart (zie kleine foto hieronder).
Dat het een eerste kalenderjaar (winter) grote burgemeester is blijkt onder meer uit de scherp afgetekende zwarte punt aan de snavel. Ook het regelmatige licht koffiekleurige patroon van de veren wijst daarop.
Ooit zag ik ze in de negentiger jaren van de vorige eeuw in Nepal, in het zuiden bij het beroemde Chatwan natuurpark: halsbandparkieten. Natuurlijk waren de Indische neushoorns in het park wel exotischer, maar voor mij waren die prachtige halsbandparkieten mooier, omdat ik ze zelf ontdekt had in de bomen bij ons onderkomen. Later ontdekte ik dat halsbandparkieten ook in Nederland voorkomen. Ze waren toen nog zeldzaam. In de Randstad kan je deze exoten inmiddels niet meer over het hoofd zien. Als het 's winters echt koud wordt, willen ze ook wel een graantje meepikken van wat de vogelliefhebber aan heerlijkheden uitstalt. Het zijn prachtig gekleurde vogels. Dit paartje zat vanmidddag in mijn tuin op de voedersilo. Onder het eten blijven ze, als alle vogels, waakzaam. De man heeft een duidelijk afgetekende halsband. Het vrouwtje doet het zonder. Anders dan onder de mensen. Gefotografeerd bij weinig licht met een pocket camera.
De laatste week van januari waren we in Limburg. In de buurt van het natuurgebied de Meinweg, achter Roermond. Er waren sombere dagen en zonnige dagen. Op een sombere dag probeerden we langs de Roer te lopen. In dit jaargetijde een woeste rivier. Ondergelopen uiterwaarden beletten ons de doortocht. Toen we in de Meinweg waren scheen de zon uitbundig. Niets steekt dan feller af tegen de blauwe lucht dan een berk die vrij in heide omhoog reikt.
Prachtig scheen de lage winterzon zon door dit raaam in het trappenhuis van de Bijenkorf te Den Haag.
Weer eens een foto uit Nederland. Genomen met mijn blackberry. Op een wandeling in de Amsterdamse Waterleidingduinen zagen wij ( vier wandelaars) zoals gewoonlijk veel damherten. Bij een driesprong scharrelde een vos rond. Hij of zij leek vrij oud, was licht mank en duidelijk aan mensen gewend. Oliebollen luste hij wel, maar erg enthousiast was hij ook weer niet. Niet echt natuurlijk, zei een medewerker van waternet in een dienstautootje. Van mij hoeft het niet. Hij heeft gelijk. Even later zagen we nog twee vossen langs de weg, duidelijk jonger, met een wat smallere kop. De drie hoorden bij elkaar. Wellicht vrouwtjes? Of bijna volwassen jongen? Je zou het haast denken, want vossen leven niet als sociale dieren.
Meer berichten in het