Rietblog.nl

wandelen, reizen, vogels
Rond de Zuiderzee voeten

Inleiding

Inspiratie

In 2002 begon ik aan een wandeling rond de voormalige Zuiderzee. Ik was geïnspireerd door een aardig geschreven boekje, dat ik een aantal jaren eerder eens in handen had gekregen: "Wandelen rond het IJsselmeer", (1990) van Kees ten Holt en Jouke van der Meij. Hun routebeschrijving was goed gedoseerd, van persoonlijke indrukken en ingehouden humor voorzien. Net als een eerder boekje van hun hand "Wandelingen in en om de Randstad" uit 1982 was dit boekje geïllustreerd met tekeningen en handgemaakte kaartjes van de hand van de eerste auteur.

Over gras

Nog meer sprak mij aan dat de schrijvers van deze wandelboekjes het wandelen over gras aanhingen. Wandelen moet je zo min mogelijk over verharde wegen doen en er zijn nog veel onontgonnen mogelijkheden om in Nederland over gras te wandelen. Dit was nog voor de tijd dat wandelaars zich tot een belangengroep hadden weten te ontwikkelden die overheden en particulieren grondeigenaren er toe hebben gebracht om afgesloten terreinen en routes open te stellen. Ze schrokken er niet voor terug om dwars over wat wellicht privéland was, over met hekjes afgesloten dijkjes en jaagpaden en zo nodig door weilanden te gaan. Het eerste boekje had mij doen kennismaken met de Hollandse graskades en had mij tot een aanhanger van wandelen over gras gemaakt. Eentje althans, die dat zoveel mogelijk wil doen, maar die niet door expliciet verboden gebied gaat.

zz14-04 (56K) Maar ook over stenen
Afwijkingen van de route

Een wandeling om het IJsselmeer van ruim 400 kilometer leek mij wel een mooie uitdaging. Ik heb de route van ten Holt en van der Meij grotendeels gevolgd. Maar soms week ik af. Na Medemblik liep ik in het najaar over de dijk van de Wieringemeer. Die was duidelijk niet ingericht voor wandelaars, ik moest door zeer dicht en hoog gras waden, een zware klus. Die grasjungle werd af en toe onderbroken door makkelijker delen waar schapen graasden. Die waren duidelijk niet gewend aan wandelaars en holden steeds massaal voor mij uit. Ik ben op dat gebied wel wat gewend, maar dit hollen was zo massaal dat ik een enigszins opgelaten gevoel kreeg. Op een gegeven moment ben ik daarom maar van de dijk naar een parallellopende weg gegaan. In Gaasterland bleek de route inmiddels(?) door een natuurresrevaat te lopen waar de toegang verboden was. Onder Kampen moest ik dwars door weilanden lopen. Dat had ik wel eerder gedaan, maar hier holden de koeien op een gegeven moment zo opdringerig en opgewonden op me af, dat ik maar liever de wijste was in die weide. Met een omtrekkende beweging kwam ik uiteindelijk weer op een landweg uit, die mij echter met een wijde boog terugvoerde tot dichtbij Kampen waar ik een paar uur eerder vertrokken was.

zz15-16 (60K)
Rond de Zuiderzee

Toen ik de route uit het boekje bekeek, zag ik al snel dat de route eigenlijk de oude kustlijn van de Zuiderzee volgde. Vandaar de naam die ik aan deze wandeling gegeven heb. Er is inmiddels een LAW rond het IJsselmeer uitgezet, het Zuiderzeepad. Groot verschil met mijn route, is dat deze LAW de wandelaar al bij Enkhuizen laat oversteken naar Stavoren, zodat de kop van Noord-Holland, de Afsluitdijk en een deel van Friesland gemist worden. Dat vind ik een devaluatie van de mogelijkheden om rond de voormalige Zuiderzee te lopen. Daarnaast loopt het Zuiderzeepad in Gelderland veelal door de bossen van de Veluwe. Daar is niets op tegen, maar een Zuiderzeegevoel levert die route niet op.

In etappes

Aangezien ik nog full-time werkte en ook nog andere dingen om handen had in mijn vrije tijd, was het duidelijk dat ik de wandeling in losse etappes zou moeten lopen: af en toe een dagetappe maken. Alleen in Friesland, het verst van huis, heb ik twee etappes achter elkaar gelopen en daartussen in Friesland overnacht. Het aan- en afreizen deed ik of met het openbaar vervoer of met de auto en de fiets, waarbij ik met de auto naar het eindpunt van de etappe reed en vandaar met de fiets naar het beginpunt, maar wel langs een andere route dan de wandeling.

fiets
Foto's
Vanaf den Oever, de oversteek over de Afsluitdijk, heb ik op elke etappe foto's genomen. Aanleiding was dat ik toen zojuist een mobiele telefoon had aangeschaft waar een fotocamera in bleek te zitten. Dat was in die tijd nog iets nieuws. Ik dacht dat ik de mogelijke saaiheid van de lange tocht over de rechte Afsluitdijk zou kunnen bestrijden door regelmatig een foto te maken. Voor het maken van een foto moest ik immers goed opletten of er iets interessants in beeld kwam. Het maken van foto's onderweg bleek zo leuk, dat ik het op de volgende etappes ben blijven doen, ook op veel later gemaakte wandelingen. Ik heb van deze wandeling geen aantekeningen onderweg gemaakt. Het verslag is daarom gebaseerd op beelden en herinneringen.
De etappes
  1. Amsterdam - Monnickendam
  2. Monnickendan - Edam
  3. Edam - Hoorn
  4. Hoorn - Enkhuizen
  5. Enkhuizen - Medemblik
  6. Medemblik - Kolhorn
  7. Kolhorn - Den Oever
  8. Den Oever - Zurich
  9. Zurich - Stavoren
  10. Stavoren - Kippenburg
  11. Kippenburg - Sloten
  12. Sloten - Lemmer
  13. Lemmer - Ossenzijl
  14. Ossenzijl - Vollenhoven
  15. Vollenhoven - Kampen
  16. Kampen - Elburg
  17. Elburg - Harderwijk
  18. Harderwijk - Nijkerkerbrug
  19. Nijkerkerbrug - Eembrugge
  20. Eembrugge - Naarden
  21. Naarden - Amsterdam
→ naar boven

Amsterdam - Den Oever (2002)

Etappe 1 t/m 7
Etappe 1
In maart 2002 begon ik aan de eerste etappe. Ik nam de pont over het IJ en liep over de dijken van Nieuwendam en Schellingwoude. Ik had hier ooit in mijn jongensjaren gewoond, maar was er lang niet meer geweest. Veel zag er bekend uit, maar veel ook onbekend. Alles was kleiner geworden. De Duyvekater, een beroemde bakker, die zo dik was dat er een halvecirkel uit de tafel gezaagd was om ruimte voor zijn buik te maken, was weg. Kreeft, de kruidenierswinkel, waar je koekbrokken voor een paar cent kon kopen, was weg. Evenzo de slager tegenover het Postkantoor. Dat was er ook allang niet meer. Waar ooit de werf van Kromhout was, terzijde van het haventje van Nieuwendam, stonden nu vrijstaande woningen uit het betere segment en in de haven lagen zeiljachten in plaats van zolderschuiten. Langs de dijk naar de "Derde Bocht", waar we vroeger gingen zwemmen, lag een rij woonarken. Pas bij Durgerdam leek alles weer zoals het vroeger was.

Langs de dijk naar Monnickendam dobberden tienduizenden eenden in de luwte. In de Gouwzee waren er nog meer. Wat vroeger niet mogelijk was: je mocht nu over de dijk langs het Kinselmeer lopen, er was zelfs een smal fietspad aangelegd. Het lopen over de dijk was echter niet lang mogelijk. Er brak een epidemie van mond- en klauwzeer uit en de toegang tot weidegebieden werd op veel plaatsen verboden.

Etappe 2
Het stadje Monnickendam is het vroegere Holland in een notendop: stad, handel, haven, rijke huizen, arme huizen: een plaatje. Over de dijk en onderaan de dijk over de weg vanwege de koeienziekte langs Katwoude en de Hoek, steeds uitkijkend over de Gouwzee, met de huisjes en de kerk van Marken aan de einder. In Volendam koffiedrinken in een café-restaurant ingericht op de buitenlandse toeristen die voor de klederdrachten komen. Nu waren er een paar verloren Duitsers en een Italiaanse familie. Van Volendam naar Edam is niet ver, maar het zijn twee verschillende werelden. Het platte toersime en opportunistische vissers- zangers- en aannemersmilieu maakt in Edam plaats voor bezonkenheid en kleine stadse juweeltjes van huizen.
Etappe 3
Ten noorden van Edam liep ik eerst nog tegen het verbod in over de dijk, maar later ging ik netjes over het asfalt beneden. Voor Hoorn kwam ik langs de ingestorte nieuwbouw van de schouwburg, dramatischer kan het niet. Rond Hoorn zag ik voor het eerst massaal huisvrouwen 's ochtend vroeg hun honden uitlaten.
Etappe 4
In een braak of breek langs de dijk naar Enkhuizen zag ik hoe een Bruine Kiekendief joeg op een wintertaling. Het belaagde eendje dook bij elke duikvlucht geheel onder water. Dat zie je wintertalingen normaliter niet doen. Ik vreesde voor het leven van het eendje, maar plotseling gaf de kiekendief het op.
Etappe 5
Vanaf Enkhuizen kwam ik op onbekend terrein. De vuurtoren bij De Ven kende ik nog wel vanaf het water, als we met de zeilboot naar Stavoren overstaken.
Etappe 6
Tot Medemblik had ik steeds het water aan mijn rechterhand. Erna was dat voorbij, want de route voerde nu langs de grens tussen de Wieringermeerpolder en het oude land. Kolhorn (met de klemtoon op horn) lag vroeger aan zee. Daarvan getuigt nog de oude havenmond, die steeds breder wordt, maar nooit meer zee ziet en uitloopt in de ringvaart. Kolhorn is een aardig plaatsje, maar op zondag is er geen openbaar vervoer. Dat betekende een lange mars via de mooie boerderijen in Barsingerhorn, naar het NS station in Schagen.
Etappe 7

De route langs de ringvaart ging verder geheel over gras, maar leverde niet veel vermeldenswaardigs op, behalve een driehoekig meertje dat de onwelluidende naam Pismeer draagt. Langs het Amstelmeer, waar duizenden nijlganzen rustten, bereikte ik het voormalig eiland Wieringen. Dit eiland moet bezongen worden. Het golvende land, de overgang van polder naar eiland, de kleine dorpjes, de waddenkust met de vele vogels, lyrisch werd ik ervan. Des te spijtiger is het dat men tussen eiland en polder een meer wil graven en de grond eromheen wil gebruiken om winst te maken met recreatiebungalows en tweede woningen. Gelukkig houdt de neergaande conjunctuur deze plannen nog even tegen.